Het stroomgebied van de Zenne is kwetsbaar voor overstromingen. Daarom maakt overstromingsbeheer integraal deel uit van de doelstellingen van het LIFE Belini-project. Dit gebeurt onder andere door tijdelijke overstromingsgebieden (TOG’s) aan te leggen in het stroomopwaartse gedeelte van het bekken in Wallonië. Die maken het mogelijk om bij hevige regenval tijdelijk water op te slaan om de overstromingen stroomafwaarts te beperken en het water daarna geleidelijk aan verder te laten afvoeren.
Begin 2021 werden twee nieuwe werven afgewerkt.
- Het TOG van Brancart, gelegen aan de Hain in de gemeente Kasteelbrakel, heeft een buffercapaciteit van ongeveer 40 000 m³. Het werd gerealiseerd met Waalse (SPW-ARNE) en Europese financiële middelen. (foto rechts copyright CR Senne)
- Het TOG van ‘la Cafenière’ ligt aan de waterloop ‘Prés à Canonne’, voor het centrum van Zinnik, en buffert tot ongeveer 32 000 m³ water. Het werd gerealiseerd met steun van de provincie Henegouwen en Europa. (foto links – copyright CR Senne)
Er werden ook voorzieningen aangelegd om de biodiversiteit en de ecosystemen te ondersteunen. Zo zijn er al vijvers, verschillende soorten hagen en andere aanplantingen zoals fruitbomen, voorzieningen voor reptielen en amfibieën, insectenhotels, een wandelpad … en binnenkort komen er ook educatieve panelen.
De twee TOG’s zullen plaatselijke overstromingen doeltreffend kunnen bestrijden. In het algemeen zullen ze het overstromingsrisico in het stroomgebied van de Zenne helpen terugdringen. Twee andere TOG-werven starten in het tweede semester van 2021: het TOG van Gaasbeek (Itter) en het TOG van Renissart (Seneffe). Daarnaast is er nog het TOG van Coeurcq (Tubeke), het eerste dat in samenwerking met de gemeente Tubeke en de provincie Waals-Brabant werd voltooid en dat al sinds 2019 operationeel is. In 2022, halfweg het Belini-project, kunnen we zo rekenen op vijf nieuwe TOG’s van de ongeveer 10 geplande TOG’s.